top of page
Foto van schrijverEsther van Zoelen

drie duiven, een duif


Drie duiven zitten op een tak op een foto. Wat zouden ze gedacht hebben toen de flitser plotseling aanging en ze zo fel verlichtte? Een korte vertelling aan de hand van een voorwerp, een bewerkt stukje hout. Mijn stem is de leidraad voor hoe mijn handen bewegen, maar ook andersom. Het beeld lijkt bijna wel een soort soundscape, maar dan in beeld. Een bewegend landschap, waarin mijn handen samen met het de takjes de enige aanwezige elementen zijn.



Kortstondig licht

Met een oorverdovende felheid worden we helemaal door elkaar geschud. Ik zie alles opeens zo anders, voor een heel kort moment in alle bekende kleuren. In wat ik tijdens de tijd van dag zou zien. In hoe ik af en toe ook droom. Alles in een helder, maar kortstondig licht. En dan is het weer weg. Versuft weet ik niets uit te brengen. Niets meer van waar ik mee bezig was, lijkt hetzelfde. Niets meer van deze tak, van dit moment. Van ons drieën, doezelend in de opkomende nacht. In de schemering, waarvoor we beschermt worden door deze tak uit deze struik. Een stevige tak, goed uitgezocht. Een pracht van een tak. Ik heb zelden zo’n goede zit-tak gevonden om op in te doezelen. En met mij nog twee, die deze zelfde tak hebben verkozen tot de tak van deze nacht. Maar nu zijn we in de war. De dag speelt een spelletje met ons. Ze kwam zo heel plotseling en was zo heel plotseling weer weg. Opeens in mijn kralige ogen te zien en dan weer niet. En het gekke is, dat de schemering plots felle nacht is. Diep zwart, ik zou nu niet meer durven vliegen. Niet weg van deze veilige tak, deze veilige struik. Ik weet dat het al diep nacht is, maar ik heb nog even veel slaap als eerst. Als voor de teistering van het minuscule dag-moment. Het flitsende, wat de tijd zo heeft doen verstrijken. Maar wacht, wordt het nu weer langzaam schemer? Bedriegen mijn voedsel-zoekende ogen mij? Mijn twee bronnen van omgeving-informatie weten niet wat hun overkomt. In wanhoop zal ik ze maar dicht doen. Ze sluiten voor de verwarring die rondtolt in mijn hoofd. Mijn hoofd is hier veel te klein voor. Het duizelt. Maar laat niet los van deze tak, van deze prachtige tak.





Op een tak in de nacht

In het kader van wat ik van jou zie, beweeg je voor mij, verander je voor mij. Nu hier zo, op een tak, in een enkele flits, met de nacht als achtergrond. Heel stil zo, vallen vlekjes om je heen. Ze zien eruit als sneeuw, maar dat betekent dat je heel ver van hier bent. In zowel tijd, als plaats. Heel ver van waar ik ben, op mijn eigen tijd, op mijn eigen plek. Die constant veranderd worden, constant bijgeschuurd, afgezaagd, bevraagd door dat alomvattende fenomeen waartoe ik communiceer. De Ander. Anders ben jij van mij, omdat je mij niet ziet. Op een tak in de nacht, met grijze, rechte veren. Met alles wat je mij kunt leren, al ben je je daar niet helemaal bewust van. Van de stilte die je toont. Van dat alles weten en begrijpen, ook niet alles is. en zo ben je iets minder ver van mij gekomen, op je tak in de nacht.




2 weergaven0 opmerkingen

Comments


bottom of page