Dit werk is een serie korte performances, op dezelfde plek, bij hetzelfde kleine altaar. Bij elke performance wordt er een tekst en een kaars toegevoegd. Om uiteindelijk een opbouw te kunnen zien in een vorm van frustratie, pijn en geweld.
3 december
De vijfde dag in de eerste week. Er heerst verwachting, vertwijfeling, verwarring over verlichting. In mijn kamer, in ons huis, in de tuin, in de straat. Ik voel dat er iets is, maar ik zie nog bijna niks. Ik voel dat er iets komt.
’s Nachts werd ik oorverdovend wakker, dierlijk verlangen, warm, over het randje, zwanger van het idee van uiteenspatting.
14 december
Ik ben niet mezelf, verloren in een waas van onstuitbaarheid. En dat wat groeit, zorgt voor het idee van uiteenspatting. Te groot, dat in kleine explosies uit mij stoot. Angst voor het idee van moeder.
7 januari
Te laat, te laat. De tijd van naartoe hopen is allang voorbij. Vrouwelijk pijn is al geleden, stekend en vurig. Verlangend naar de vreugde van haar verdriet.
Commentaires